1.12.06

Hoe kunnen kinderen echt zelfstandig leren?

Heel eenvoudig: door ze serieus te nemen en toegang te geven tot alle lesstof.

Iedere methode vertelt het je. De Kinderen kunnen er heel goed zelfstandig mee werken. Oh, ja? Hoe dan? "Nou dat is simpel. In het werkboekje staan per les een paar opdrachten en daarbij is de juf niet nodig. Die kunnen de kinderen zelf maken en de juf kan zich dan op andere dingen richten. En natuurlijk les 7 van iedere eenheid. Dat is de speciale zelfstandig-werk-les."

Hoera, gefeliciteerd, proficiat en nog vele jaren. Maar wat is de achterliggende waarheid. Alle andere lessen en lesmomenten kan het dus niet. Niks zelfstandig werken, laat staan zelfstandig (leerkrachtonafhankelijk) leren.

Maar waarom dan? Omdat het altijd zo geweest is? Is dat een reden? Nee. Kan het anders? Ja, nu meteen zelfs. De grootste belemmering van het zelfstandig leren met taalmethoden zit hem in het zogenaamde omweg-principe. Bij het grootste gedeelte van de lessen vertelt de handleiding aan de leerkracht wat hij de kinderen moet vertellen. Dus is de leerkracht de verbindende schakel en het centrale element in iedere taalles. Dus hoezo nou zelfstandig leren?

Maar hoe dan wel? Laat de methode zoveel mogelijk dingen rechtstreeks aan de kinderen vertellen. Zet de complete les (de doelstellingen, de introductie, de uitleg, de verwerking en de evaluatie) in het leerlingmateriaal. En wat is het effect? Iedere les kan door leerlingen zelfstandig gedaan worden. Individueel of samenwerkend met een ander kind. Maar vind je het als leerkracht beter om een bepaalde les gewoon samen klassikaal te doorlopen? Geen probleem. Leg het leerlingmateriaal open en wandel er gezellig interactief doorheen. Niets houd je tegen om dat te doen. De uiteindelijke opbrengst: het echte differentiëren kan beginnen. De kinderen kunnen zelfstandig leren waar het kan en krijgen begeleiding waar het moet. Iedere les opnieuw. Een kind kan de was doen.