22.10.09

De kracht van het digitale schoolbord

Door Jos Cöp.

In een ongekend tempo verschijnen digitale schoolborden in de basisscholen. Inmiddels zijn al veel gebruikerservaringen beschikbaar en de conclusie is overweldigend: zelden heeft de introductie van een nieuw hulpmiddel geleid tot zoveel enthousiasme. Nu er zoveel borden in de klas staan, is de centrale vraag of het digibord kan helpen om het onderwijs effectiever te maken. In dit artikel gaan we daarom in op de opbrengsten van het digibord, de mate waarin deze bijdragen aan de effectiviteit van het onderwijs en de mogelijke gebruikssituaties waarin het bord toegevoegde waarde kan hebben. We sluiten het artikel af met een checklist die gebruikt kan worden om de effectiviteit van het digibordgebruik te vergroten.

Afbeelding 1: percentage scholen dat de beschikking heeft over digitale schoolborden (Bron: Kennisnet, Vier in balans monitor 2009. ICT in het onderwijs, stand van zaken.)

Het digibord is nog maar sinds korte tijd in de klas te vinden. Toch is vanuit wetenschappelijk onderzoek al vrij goed te typeren wat de opbrengsten van het digibord zijn voor scholen (o.a Fisser & Gervedink Nijhuis, 2009). Deze hebben ten eerste te maken met de mogelijkheden om de actualiteit en de wereld op een visueel aantrekkelijke manier in de klas te halen. Dit heeft voorspelbare positieve gevolgen voor de uitdaging en het enthousiasme van leerlingen en leerkrachten. Toch is het niet alleen de aantrekkelijkheid die centraal staat. Ook de interactie tussen leerkrachten, leerlingen en leerstof kan worden versterkt door het groot projecteren en de mogelijkheid om de lesstof te bewerken. Verder is er nog de kant van het gebruiksgemak, met name voor de leerkracht. Het digibord wordt namelijk beleefd als de ultieme alles in één bron, met als extra faciliteit de mogelijkheid om bewerkingen op te slaan en terug te halen.

We weten dus dat het digibord de motivatie van de leerkracht en leerlingen vergroot en dat het ook wat betreft het gebruiksgemak veel te bieden heeft. Nog een niveau dieper is het interessant om na te gaan of het bord daardoor of daarnaast nog kan leiden tot effectiever onderwijs. Enerzijds heeft dit te maken met de kracht van de wijze van het aanbieden van de leerstof en anderzijds met de mogelijkheid om gedifferentieerd om te gaan met de onderwijsbehoeften van kinderen. Om een goed antwoord te kunnen geven op deze vraag is het belangrijk om te benoemen wat de kenmerken van effectief onderwijs zijn. Dit is een bijna tijdloze onderzoeksvraag waar voortdurend onderzoek naar gedaan wordt (o.a. Vernooij, 2006; Manzano, 2003). Hierdoor zijn we langzamerhand uitstekend in staat om effectief onderwijs in min of meer tijdloze conclusies te benoemen. Per kenmerk zullen we bekijken hoe dit zich verhoudt tot het gebruik van het digibord.

1. Doelgerichtheid
Duidelijke leerdoelen vormen een belangrijke voorwaarde voor effectief leren. Een les zonder expliciet leerdoel is als een stuurloos schip: de les komt ergens terecht, maar niemand weet eigenlijk precies waar. In vrijwel alle gevallen leidt het ontbreken van leerdoelen tot activiteit- in plaats van doelgericht werken, waarbij de aanname is dat het bezig zijn ook tot leren leidt. Feitelijk staat het bezig zijn centraal in plaats van het leren van iets nieuws.
Als het gaat om doelgericht leren kan het digibord zowel een positieve als een negatieve uitwerking hebben. Er zijn leerkrachten waarbij het ‘flitsende’ en het ‘leuke’ het volledig gewonnen hebben van het doelgerichte. Zij verliezen zichzelf in de ‘amusementsindustrie’ die de klas binnengehaald kan worden. Maar leerkrachten die vanuit een duidelijk leerdoel met het digibord aan de slag gaan, zullen in veel gevallen juist betere mogelijkheden vinden om de leerlingen te laten leren.

2. Betrokkenheid
Al eerder zagen we dat één van de belangrijkste opbrengsten van het digibord is dat kinderen meer betrokken raken. De wereld en de actualiteit kunnen immers op een visueel aantrekkelijke manier eenvoudigweg de klas in gehaald worden. Betrokkenheid is een voorwaarde om tot leren te komen, dus in die zin is dit pure winst. Maar betrokkenheid op zichzelf is nog geen leren. Leerlingen kunnen ook zeer betrokken zijn bij dingen die niet relevant zijn of die op een niveau liggen dat ze allang beheersen. Toch is het duidelijk dat het digibord talloze mogelijkheden biedt om kinderen uit te dagen en te motiveren. Bijvoorbeeld met behulp van films, audio, afbeeldingen, invultemplates, naslagmogelijkheden, enzovoort.

3. Een effectief lesmodel
Effectief leren vraagt om een weloverwogen en didactisch verantwoorde lesopbouw, waarbij er ook aandacht is voor instructie aan kinderen die dat nodig hebben. Onderzoekers zijn het in verregaande mate met elkaar eens dat het directe instructiemodel, of een afgeleide hiervan, de beste mogelijkheden biedt om leerlingen effectief te laten leren. Dit model, bestaande uit een introductiefase, een instructiefase, een (begeleide) inoefenfase, een (individuele) verwerkingsfase en een evaluatiefase, sluit nadrukkelijk aan bij de huidige constructivistische opvattingen over het leren. Het lesgeven volgens een effectief lesmodel stel je niet veilig door te werken met een digitaal schoolbord. Net zoals bij het werken met papieren leermiddelen, is het de leerkracht die de lesopbouw effectief maakt in plaats van het onderwijsmaterieel. Maar een leerkracht die doelgericht werkt en uitgaat van een afgewogen didactische fasering heeft met het digibord een prima hulpmiddel in handen om de optelsom van de fasen, de totale leeractiviteit, nog sterker te maken.

4. Omgaan met verschillen
Tot nu toe hebben we het gehad over de kenmerken van effectief onderwijs die gelden voor alle leerlingen. Toch hangt de effectiviteit van het onderwijs in sterke mate samen met de mogelijkheden die er zijn om rekening te houden met de verschillen tussen kinderen. Hierbij gaat het dus om de mogelijkheden om het onderwijs passend te maken en aan te laten sluiten bij de individuele leerbehoeften.

4a. Omgaan met verschillen: instructie en begeleiding
Een belangrijk verschil tussen leerlingen is de mate waarin ze instructie en begeleiding nodig hebben om de leerdoelen te bereiken. Risicoleerlingen hebben (veel) instructie en begeleiding nodig, maar hun klasgenoten die het allemaal wat makkelijker afgaat, kunnen vaak via zelfstandig leren de doelen bereiken. Hierbij kunnen ze individueel of samen met andere leerlingen werken, met weinig of zelfs geen begeleiding van de leerkracht. Het gaat hierbij om kinderen die goed mee kunnen komen, een goede werkhouding hebben en waarbij de leesvaardigheden voldoende ontwikkeld zijn om zelf leerstof op te kunnen nemen.
Met het digibord is het mogelijk om door de verbeterde visuele ondersteuning en toegenomen interactiemogelijkheden de kwaliteit van de instructie en de begeleiding toe te laten nemen. Iets wat met name de risicoleerlingen en de gemiddelde leerlingen sterk ten goede kan komen. Te eenzijdig en met name te klassikaal gebruik van het digibord kan echter ook een negatief effect hebben. De goede leerlingen leren te weinig zelfstandig en worden teveel aan de hand genomen. Met als gevolg dat de leerkracht teveel kinderen tegelijk moet bedienen en de interactie minder af kan stemmen op de onderwijsbehoeften van de kinderen die de hulp het hardst nodig hebben.

4b. Omgaan met verschillen: leertijd
Een tweede belangrijk verschil tussen leerlingen is de behoefte aan leertijd om doelen te behalen. Uit onderzoek op het gebied van leesonderwijs in de tachtiger jaren van de vorige eeuw (Ward, 1987) weten we al dat de onderste 10% van de leerlingen 2,5 tot 6 keer zoveel leertijd nodig hebben om de doelen te bereiken als de bovenste 10% van de kinderen. Om ook risicoleerlingen zoveel mogelijk de doelen te laten bereiken, is het dus noodzakelijk om ze veel meer tijd te geven. Tijd die gevuld wordt met extra instructie (verlengde en / of herhaalde instructie), inoefening en verwerking. Maar deze momenten komen alleen uit de verf als er structureel tijd voor wordt gereserveerd op het lesrooster. Ze zijn te belangrijk om slechts incidenteel toe te voegen aan het toch al vaak overvolle lesprogramma.

Afbeelding 2: extra instructie- en oefenmogelijkheden op het digitaal schoolbord bij het spellingonderwijs (Bron: spellingmethode Spelling in beeld).

Het digibord heeft absoluut een toegevoegde waarde als het gaat om het bieden van extra leertijd. Dit heeft alles te maken met de mogelijkheden om gegeven instructie en oefenstof op te slaan en met één klik weer tevoorschijn te halen. Een kortere of langere herhaling van de leerstof is daardoor veel makkelijker geworden en in de praktijk zien we dan ook dat dit vaker gebeurt. Vaak is het ook zo dat digibordsoftware die hoort bij een methode dit type herhalingsstof al bevat. En door dit grote gebruiksgemak heeft een leerkracht ook meer tijd vrij voor de extra begeleiding van risicoleerlingen.

4c. Omgaan met verschillen: didactische variatie
Pas als extra instructie en begeleiding en het verlengen van de leertijd onvoldoende rendement opleveren bij risicoleerlingen, is het moment daar om ook te kijken naar de didactische aanpak: hoe wordt de stof aan verschillende kinderen aangeleerd? Hierbij geldt dat het niet goed is om te snel van aanpak veranderen: geef kinderen eerst de kans om voldoende te oefenen en te herhalen. Als dan blijkt dat de kinderen de stof nog niet gaan beheersen, kan het zinvol zijn om voor een andere aanpak te kiezen.

Gebruikssituaties
De bijdrage die het digitaal schoolbord kan leveren aan de effectiviteit van het onderwijs is sterk afhankelijk van de manier waarop het wordt ingezet. Uiteindelijk is het hierbij belangrijk wat er op het bord staat en in welke situatie het gebruikt wordt. In grote lijnen zijn er vier gebruikssituaties van het digibord te onderscheiden: als ‘tussendoortje’, als aanvulling op de methode, bij het zelf arrangeren van lessen en bij het direct werken vanuit de digibordsoftware van de methode. We zullen ze hierna kort bespreken en daarbij ook voorbeelden geven van veelgebruikte software en websites.

a. Als tussendoortje
De eerste tijd dat een digibord nieuw in de klas aanwezig is, heeft het meestal niet zoveel invloed op het lesprogramma. Het digibordgebruik staat niet of nauwelijks in het teken van het streven naar kwaliteitsverbetering. Het bord biedt dan vooral de mogelijkheid om veel meer gebruik te maken van beelden, filmpjes en audio, waarmee de wereld en de actualiteit op een ongekend eenvoudige manier in de klas belanden. De meest gebruikte ‘bordvulling’ bestaat uit websites waarmee foto’s en filmpjes gezocht en getoond kunnen worden, zoals Youtube.com, Uitzendinggemist.nl, Schooltv.nl/beeldbank, Teleblik.nl, Klassetv.nl, Flickr.com en Google.nl/afbeeldingen. Daarnaast zijn de sites van educatieve programma’s als Klokhuis, Willem Wever en Sesamstraat zeer interessant. Voor nieuws en nieuwsfeiten wordt vaak gebruikgemaakt van Nu.nl, het Jeugdjournaal.nl en Kidsweek.nl. (Digitale) spelletjes vindt u op sites als Spelletjesplein.nl, Leerspellen.nl en Speelzolder.nl..Het digibord biedt op deze manier leuke zaken voor tussendoor en met een dergelijke vulling van korte tussenmomenten kan de schooldag een stuk leuker worden.

b. Als aanvulling op de methode
De leerstof die in de lessen op scholen aan bod komt, is vaak afkomstig uit een methode. Dit geldt vooral voor lessen bij de basisvaardigheden lezen, taal en rekenen. Het grote voordeel is dat de leerlijnen in methoden helder en over het algemeen goed doordacht zijn. De leerkracht hoeft niet voortdurend vanaf een nulpunt zijn lessen samen te stellen. Toch zijn er ook wel wat nadelen. Een methode bestaat vaak uit een omvangrijk pakket van materialen dat minstens een jaar of acht meegaat. En zeker wanneer het papieren methoden betreft, is de mogelijkheid om de actualiteit in de lessen in te bouwen, beperkt. Hier biedt het digibord een duidelijke meerwaarde. Verder vormen ook de zoekmogelijkheden via het digbord een mooie aanvulling op methoden. Digitale encyclopedieën als Wikipedia.nl en Wikikids.nl, zoekmachines als Google.nl, Davindi.nl en Bing.nl en woordenboeken als Vandale.nl, Rijmwoorden.nl en Spreekwoorden.nl maken het mogelijk om in de interactie breder te gaan dan methodemakers vooraf bedacht hebben. En als digitale topografische naslagwerken bieden Google.nl/maps en Google earth natuurlijk ook prima aanvullingen.

c. Zelf lessen arrangeren
Methoden leveren kant-en-klare lessen. Door gebruik te maken van deze bestaande lessen bespaart een leerkracht veel tijd. En voor leerkrachten die minder bekend zijn met de leerlijnen zijn ze ook een belangrijke steun en vormen ze een professionaliseringsmiddel. Als alternatief voor het gebruik van kant-en-klare lessen kunnen lessen op basis van een vastgestelde leerlijn ook zelf worden samengesteld. Op internet is veel materiaal voorhanden. Toch is het zelf arrangeren van lessen, zeker als het de basisvaardigheden betreft, iets wat niet onderschat mag worden. Het ontwerpen, maken of zoeken van een goede leerstofopbouw, krachtige lesdoelen, effectieve instructiemomenten, passende teksten, bijpassend beeldmateriaal en doelgerichte oefenstof vraagt nogal wat. Gelukkig nemen de mogelijkheden om via het internet zaken met elkaar te delen toe, maar in termen van samenhang, voorbereidingstijd en professionaliteit blijft het een grote klus. En een klus met veel verantwoording. Dit is ook de reden dat weinig scholen ervoor kiezen om hun lesprogramma op deze manier in te vullen en inspecties het zeker niet stimuleren. Als een schoolteam er toch voor kiest om (een deel van) het lesprogramma zelf te ontwikkelen, kan gebruik worden gemaakt van allerlei materialen die via startpagina’s als Startpagina.nl, Yurls.net en Symbaloo.com of op eigen websites van leerkrachten reeds klaarstaan.

Afbeelding 3: aspecten die een rol spelen bij het zelf arrangeren van lessen.

Het digibord biedt hier ook mogelijkheden. Veel fabrikanten van digitale schoolborden bieden gekoppeld aan hun product mogelijkheden om ontworpen templates, lesideeën en uitwerkingen in een soort van community te delen. Het is ook mogelijk dat het initiatief Wikiwijs, onlangs gestart vanuit Kennisnet en de Open Universiteit, het zelf arrangeren wat meer kansen gaat geven. Met dit initiatief gaat geprobeerd worden om op een wikipedia-achtige manier leerstof te maken, te redigeren, publiceren en te delen. Of het allemaal gaat werken, zullen we in de toekomst gaan zien. Maar duidelijk is wel dat de digitalisering van leerstof in combinatie met de weergave op een digibord een belangrijke stimulans kan zijn om zelf met de stof aan de slag te gaan.

d. Methodisch werken
De situaties waarin het digibord gebruikt worden, zijn momenteel aan het veranderen. Daar waar het digibord in eerste instantie vooral gebruikt werd op momenten tussendoor en om de inhoud van een methode aan te vullen, zien we nu het accent steeds meer verschuiven naar methodisch gebruik van het bord. Veel uitgevers zijn bezig met het beter integreren van digibordgebruik in hun methoden of hebben dit al gedaan en dit leidt tot veel nieuwe mogelijkheden. De digibordsoftware wordt daarmee steeds meer het hart van de methode.

Afbeelding 4: digimenu op basis van uitgewerkte dagindelingen (bron aanvankelijk leesmethode Veilig leren lezen).

Afbeelding 5: digimenu op basis van compleet methode-overzicht (bron taalmethode Taal in beeld).

Natuurlijk stelt dit wel kwaliteitseisen aan de software zelf. Volledig geïntegreerde digibordsoftware bestaat uit drie lagen. De eerste laag wordt gevormd door een overzichtsmenu. Dit biedt een compleet overzicht van het programma van de methode en er kan doorheen geklikt worden. Alle onderdelen van de methode kunnen met enkele ‘clicks’ bereikt worden. Door een dergelijk digimenu krijgt een methode een volwaardige elektronische ingang en neemt het gebruiksgemak enorm toe.
Vanuit het digimenu is het vervolgens mogelijk om door te klikken naar een tweede laag, waarbinnen leerlingmateriaal groot geprojecteerd kan worden. Deze weergave is vergelijkbaar met wat op papier te zien is, waardoor het gecombineerd werken met het digibord en papieren boekjes makkelijker wordt en het onderwijs passender gemaakt kan worden. Leerlingen die de leerstof makkelijker opnemen en beschikken over een goede leesvaardigheid en werkhouding, gaan dan in veel gevallen sneller zelfstandig aan het werk, veelal ondersteund door papieren materiaal. De kinderen die wat meer moeite hebben met het bereiken van de doelen kunnen met de digitale ondersteuning meer instructie en begeleiding krijgen.
Het meest interessant is de derde laag van de digibordsoftware, want daarin vinden we toepassingen die op papier niet mogelijk zijn. Het gaat hierbij om digitale hulpprogramma’s die vanuit de geprojecteerde lessen met één muisklik gestart kunnen worden. Ze ondersteunen de instructie en begeleiding door de leerkracht. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om programma’s die de leesstrategieën bij begrijpend lezen geanimeerd uitleggen en inoefenen. Of om geanimeerde prentenboeken, letterlijnen, flitsoefeningen en structuureeroefeningen bij het voorbereidend en aanvankelijk lezen. Of om woordenhulpprogramma’s die kinderen helpen als ze moeilijke woorden tegenkomen. Belangrijk hierbij is wel dat deze digitale programma’s ook daadwerkelijk geïntegreerd zijn in het methodisch programma. Op die manier voegt het digibord iets toe wat op papier niet kan. Weinig leerkrachten zijn geïnteresseerd in digibordstof die methoden alleen maar verder doen uitdijen en daarmee de tijdsdruk op het lesrooster alleen maar vergroten.

Afbeelding 6: gedigitaliseerde letterlijn voor het digitale schoolbord (bron aanvankelijk leesmethode Veilig leren lezen).

Afbeelding 7: digitale woordenhulp voor het digitale schoolbord (bron taalmethode Taal in beeld en begrijpend leesmethode Lezen in beeld).

In dit artikel is gekeken naar de kenmerken van effectief onderwijs en de mate waarin het digibord daaraan een positieve bijdrage kan leveren. Als we kijken naar de kracht van het digitaal schoolbord in het perspectief van effectief onderwijs, kunnen we samenvattend zeggen dat het gebruik van een digibord veel te bieden heeft. Het gebruik van het digibord kan de betrokkenheid van leerlingen vergroten en biedt vele mogelijkheden op het gebied van extra instructie en begeleiding aan zorgleerlingen. Ook als we kijken naar de andere kenmerken van effectief onderwijs (doelgerichtheid, een effectieve lesmodel, het bieden van extra leertijd en het realiseren van didactische variatie) zien we dat het digibord een positieve bijdrage kan leveren, maar het uiteindelijke effect is daarbij sterk afhankelijk van de situatie waarin het bord gebruikt wordt en de didactische keuzes die de leerkracht aanvullend maakt.

Checklist Digibordgebruik
  • Is het digibordgebruik leerdoelgericht?
  • Maakt het digibordgebruik kinderen meer betrokken?
  • Passen de digibordactiviteiten binnen een effectief lesmodel?
  • Leidt het digibordgebruik tot betere instructie aan en begeleiding van risicoleerlingen?
  • Leidt het digibordgebruik niet tot te weinig zelfstandig leren door de goede leerlingen?
  • Wordt het digibord gebruikt om de effectieve leertijd te verlengen?
  • Wordt het digibord benut voor variatie in didactische aanbieding?

Literatuur:

  • Fisser, P. , & Gervedink Nijhuis, G. (2009). Digiborden in de klas: vanzelfsprekend of toch vernieuwend? In: Proceedings Onderwijs Research Dagen, pp 248-249.
  • Kennisnet (2009). Vier in balans monitor 2009. ICT in het onderwijs, de stand van zaken.
  • Manzano, R.J. (2003). What works in schools; translating research into action. Alexandria: ASCD.
  • Vernooij, K. (2006). Effectief omgaan met risicolezers. Werken aan preventie en beter omgaan met leesproblemen. Amersfoort: CPS.
  • Ward, B. (1987). Instructional grouping in the classroom. School Improvement Research Series. NW Regional Education Laboratory.
Met dank aan Jeske Heezemans.

Presentatiefilm 'De kracht van het digibord'